Eerst maar eens de letterlijke wettekst, artikel 16, lid 1 Wwft, daar staat:

𝘌𝘦𝘯 𝘪𝘯𝘴𝘵𝘦𝘭𝘭𝘪𝘯𝘨 𝘮𝘦𝘭𝘥𝘵 𝘦𝘦𝘯 𝘷𝘦𝘳𝘳𝘪𝘤𝘩𝘵𝘦 𝘰𝘧 𝘷𝘰𝘰𝘳𝘨𝘦𝘯𝘰𝘮𝘦𝘯 𝘰𝘯𝘨𝘦𝘣𝘳𝘶𝘪𝘬𝘦𝘭𝘪𝘫𝘬𝘦 𝘵𝘳𝘢𝘯𝘴𝘢𝘤𝘵𝘪𝘦 𝒐𝒏𝒗𝒆𝒓𝒘𝒊𝒋𝒍𝒅 𝘯𝘢𝘥𝘢𝘵 𝘩𝘦𝘵 𝘰𝘯𝘨𝘦𝘣𝘳𝘶𝘪𝘬𝘦𝘭𝘪𝘫𝘬𝘦 𝘬𝘢𝘳𝘢𝘬𝘵𝘦𝘳 𝘷𝘢𝘯 𝘥𝘦 𝘵𝘳𝘢𝘯𝘴𝘢𝘤𝘵𝘪𝘦 𝘣𝘦𝘬𝘦𝘯𝘥 𝘪𝘴 𝘨𝘦𝘸𝘰𝘳𝘥𝘦𝘯, 𝘢𝘢𝘯 𝘥𝘦 𝘍𝘪𝘯𝘢𝘯𝘤𝘪ë𝘭𝘦 𝘪𝘯𝘭𝘪𝘤𝘩𝘵𝘪𝘯𝘨𝘦𝘯 𝘦𝘦𝘯𝘩𝘦𝘪𝘥.

Onverwijld, een ouderwets woord dat we in onze spreektaal niet gebruiken. Volgens de Van Dale betekent het: ‘zonder uitstel’.
Er is onder meldingsplichtige instellingen nog wel eens wat onduidelijkheid over het begrip onverwijld. In het verleden, om precies te zijn tot 2013, luidde artikel 16 lid 1 namelijk: “Een instelling meldt een verrichte of voorgenomen ongebruikelijke transactie binnen veertien dagen nadat het ongebruikelijke karakter van de transactie bekend is geworden, aan het meldpunt”.

Die termijn was oorspronkelijk bedoeld om melders de gelegenheid te bieden cliëntonderzoek uit te voeren. Maar in 2012 is dit op aanbeveling van de Financial Action Taskforce (FATF) aangepast en vanaf 2013 is het tekstdeel ‘binnen veertien dagen’ in de Wwft dus gewijzigd in ‘onverwijld’.

Onverwijld is een open norm, met andere woorden, voor interpretatie vatbaar. Voorop staat dat de transactie zonder onnodige vertraging gemeld moet worden. In de leidraad die de ministeries van Financiën en Justitie & Veiligheid in 2020 over de Wwft opstelden, staat: ‘Met “onverwijld” wordt “zo snel mogelijk” bedoeld. Dit betekent zo snel als mogelijk is bij een voldoende zorgvuldige afweging of een transactie als ongebruikelijk moet worden beschouwd.’

Onverwijld melden met de kennis van nu
Ook kan een transactie die in eerste instantie als gebruikelijk is beoordeeld, later, als er meer informatie is, alsnog ongebruikelijk worden. Een voorbeeld. Stel een bank ontvangt een transactie, waar niks mee aan de hand lijkt. Een paar maanden later verricht de klant meer transacties waarbij nu wel het vermoeden van witwassen ontstaat. In dat licht wordt de eerste transactie herbeoordeeld en kan daardoor dus op dat latere moment alsnog als ongebruikelijk worden aangemerkt. Vanaf dat moment geldt dat ook die eerste transactie onverwijld gemeld moet worden. Onverwijld slaat bij een subjectieve indicator dus niet op de transactiedatum, maar geldt vanaf het moment dat het ongebruikelijke karakter bekend is geworden. En dat kan dus best maanden na de transactiedatum zijn. Ook komt het voor dat een melder, nadat ze van de FIU-Nederland een terugmelding over een verdachte transactie hebben ontvangen, opnieuw klantonderzoek doen en alsnog oudere transacties melden.